Tussen 2012 en 2015 zijn er 418 meldingen van slachtoffers van seksueel misbruik binnen de rooms-katholieke Kerk ingediend bij de opvangpunten die de Kerk zelf heeft opgericht. Daarnaast zijn er 628 dossiers opgesteld bij het Centrum voor Arbitrage. De Belgische bisschoppen betaalden 3,9 miljoen euro aan schadevergoedingen uit in die vier jaar tijd.
"Sluit u aan bij de strijd, het is nog niet te laat"
Het gaat om slachtoffers die niet meer bij de rechtbank terechtkunnen omdat de feiten al verjaard zijn. Via publieke oproepen werden slachtoffers aangemoedigd zich te melden.
"De juridische verjaring betekent immers niet dat het leed voor de slachtoffers verleden tijd is", stelt Manu Keirse, emeritus hoogleraar aan de KU Leuven en voorzitter van de Interdiocesane Commissie voor de Bescherming van Kinderen en Jongeren.
Hij stelt later vandaag zijn rapport "Van taboe naar open beleid" voor.
Ook vandaag gebeurt er nog eens zo'n oproep aan slachtoffers van misbruik, met een open brief in De Standaard ondertekend door 50 slachtoffers.
Meldpunten binnen de Kerk en erbuiten
Vier jaar geleden werden de meldpunten opgericht binnen de Kerk zelf. Het gaat om elf laagdrempelige opvangpunten - één in elk bisdom en twee voor de religieuze congregaties - opgericht door de Belgische bisschoppen en een centraal informatiepunt waar slachtoffers terechtkunnen. Bij die opvangpunten hebben de afgelopen vier jaar 418 mensen zich gemeld.
Daarnaast werd op vraag van de parlementaire commissie (voluit: de bijzondere commissie betreffende de behandeling van seksueel misbruik en feiten van pedofilie binnen een gezagsrelatie, inzonderheid binnen de Kerk, opgericht in oktober 2010, nvdr) het Centrum voor Arbitrage opgericht, met volwaardige medewerking van de Kerk.
Dat was een alternatieve mogelijkheid waar slachtoffers die geen vertrouwen hadden in de structuren binnen de Kerk terecht konden voor verjaarde feiten. In totaal hebben 628 mensen een dossier ingediend bij het Centrum voor Arbitrage. (vrt)